Engelse literatuur in een notendop

Eenieder die wel eens wil weten waarom het sonnet in de zestiende eeuw toch zo populair was, van welke van zijn romans Dickens zelf het meest hield, en wat de moedertaal van Joseph Conrad was, is hier aan het goede adres.
Engelse literatuur in een notendop begint met het middeleeuwse heldenepos Beowulf, en vandaar komt de lezer op weg naar de eenentwintigste eeuw vanzelf alle grote namen tegen, zoals Chaucer, Shakespeare, Dickens en Joyce. Hun werk en dat van vele andere Britse en Ierse schrijvers wordt op een toegankelijke manier gepresenteerd, met de nodige aandacht voor de stromingen en de historische context waarbinnen het geplaatst kan worden. Er zijn geen grenzen aan de enorme rijkdom van de Engelse letterkunde, maar dit boek doet niettemin een dappere poging om die rijkdom aan de hand van een beknopt chronologisch overzicht te illustreren. Het biedt zowel een handige introductie tot de Engelse literatuurgeschiedenis als een prettige mogelijkheid om weggezakte kennis weer eens op te frissen.